VIPP 5 Jaaroverzicht 2021 - deel 1

VIPP

Het afgelopen jaar kwamen de VIPP 5-instellingen uit de startblokken. Dat heeft natuurlijk alles te maken met het feit dat de eerste deadline nadert. Op 30 september 2022 moeten instellingen in staat zijn om digitaal gegevens beschikbaar te stellen aan de persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) van de patiënt, conform het MedMij Afsprakenstelsel. Om VIPP 5-deelnemers zo goed mogelijk voor te bereiden, organiseerden de programmateams van NFU, NVZ en ZKN een groot aantal (vooral online) bijeenkomsten en stelden verschillende handvatten op ter ondersteuning. De basis voor het VIPP 5-programma is het afgelopen jaar gelegd, zodat we met volle kracht vooruit kunnen in 2022. Hieronder volgt deel 1 van het jaaroverzicht.

2021

VIPP 5 Monitor 

Het VIPP 5-programma kent concrete doelen en bijbehorende deadlines. Om de voortgang te meten wordt gebruik gemaakt van de VIPP-monitor. De instellingen zijn verplicht om de monitor gedurende het VIPP 5-project in totaal zeven keer in te vullen. De startmonitor is in het voorjaar door alle deelnemende instellingen van de NFU, NVZ en ZKN ingevuld. Meest recent gebeurde dit afgelopen najaar. Uit deze gegevens blijkt onder andere dat instellingen zich tot nu toe voornamelijk richten op het behalen van module 1. Hierin is vastgelegd dat de instelling digitaal gegevens beschikbaar kan stellen aan de PGO van de patiënt, minimaal de Basisgegevensset Zorg en correspondentie, conform het MedMij Afsprakenstelsel. De deadline is op 30 september 2022, dus het is logisch dat instellingen zich vooral op module 1 richten. Ook blijkt uit de meest recente monitor dat een groot aantal VIPP 5 deelnemers een keuze heeft gemaakt voor een DVZA-leverancier, een belangrijke eerste stap om te kunnen voldoen aan module 1. We roepen instellingen die nog geen DVZA-leverancier hebben gekozen, op om dat alsnog zo snel mogelijk te doen. De ervaring leert dat implementatie van het gebruik van een PGO een doorlooptijd kent van 6 maanden.

Persoonlijke gezondheidsomgeving 

Gegevens beschikbaar stellen aan PGO’s vormt een belangrijk onderdeel van het VIPP 5-programma. PGO’s zijn nog niet breed in gebruik bij de Nederlandse burger. Om die reden besteedt het VIPP 5-programmateam veel aandacht aan het thema in de communicatie met deelnemende instellingen. Dit deden we in 2021 tijdens verschillende bijeenkomsten, zoals een online sessie voor communicatiemedewerkers. Ook de PGO Alliantie, waaraan onder andere alle VIPP-programma’s deelnemen, besteedde aandacht aan PGO’s. Dit gebeurde in een social mediacampagne, gericht op het grote publiek. Verder heeft de Patiëntenfederatie communicatiemiddelen ontwikkeld over PGO’s, te vinden op PGO.nl. 

Podcast 

Ter inspiratie van degenen die zich bij de deelnemende instellingen inzetten voor het behalen van de VIPP 5-programmadoelen is in 2021 de VIPP-podcast van start gegaan. Het eerste gesprek was met voormalig Tweede Kamerlid Arno Rutte, daarna volgde MDL-arts Joyce van Dijk-Kuiper. Zij deelden hun ideeën over digitale gegevensuitwisseling, vanuit verschillende invalshoeken. Rutte ziet een rol weggelegd voor PGO’s in zijn gedroomde zorgstelsel, met centra waarin de zorg rond de patiënt wordt gecoördineerd. Van Dijk-Kuiper ziet de voordelen van gegevensuitwisseling in de toekomst in het dagelijkse werk van zorgverleners: zo kan bijvoorbeeld dubbel werk worden voorkomen. Denk aan bloedonderzoek dat nu nog kan worden gedaan bij de huisartsenpraktijk én in het ziekenhuis, omdat de medisch specialist geen inzage heeft in de gegevens van de huisarts. De laatste podcast van 2021 was een coproductie tussen VIPP 5 en het NVZ-programma Preventie, daarin vertelde bestuursvoorzitter Marjolein de Jong (Ziekenhuis Gelderse Vallei) honderduit over de verwachte voordelen van digitale gegevensuitwisseling - voor de patiënt én de zorgprofessional.

Versnellers ZKN 

Zes zelfstandige klinieken hebben versneld module 1 van de VIPP 5-regeling succesvol afgerond. Deze koplopers kunnen gegevens uitwisselen met de patiënt via een persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) conform het MedMij Afsprakenstelsel. Bovendien heeft minstens 5 procent van hun patiënten gegevens opgehaald in een PGO. De ZKN-klinieken hebben in een factsheet en een filmpje hun ervaringen gedeeld. 

E-learning voor zorgverleners 

VIPP Babyconnect heeft samen met onder andere VIPP 5 een e-learning ontwikkeld, die specifiek gericht is op zorgverleners. De modules zijn geschikt voor alle zorgprofessionals. Er is geen voorkennis vereist om de e-learning te kunnen volgen. Na het afronden van de 2 modules weet de zorgprofessional wat een PGO is, hoe het in grote lijnen werkt en waar een PGO vandaan komt. De samenwerking voor de modules is ontstaan in de PGO-alliantie, die zich met het programma PGO on Air inzet om PGO’s breder bekend te maken, en het gebruik ervan te stimuleren. 

Samenhang VIPP-programma’s 

Om de samenhang tussen de verschillende VIPP-programma’s inzichtelijk te maken, is er een animatie ontwikkeld. Dit is gebeurd in samenspraak met meerdere VIPP-programmateams. De animatie toont een patiëntreis van een fictieve patiënt, die in een periode van ongeveer een jaar met veel verschillende zorgaanbieders te maken krijgt. De patiëntreis maakt duidelijk op welke momenten de VIPP-programma’s elkaar raken en uitwisseling van gegevens relevant is. En welke rol een PGO kan gaan vervullen. 

Training gedragsverandering 

VIPP 5 gaat niet alleen over ICT, maar vooral ook over gedragsverandering ten behoeve van gegevensuitwisseling. Wat er komt kijken bij gedragsverandering stond centraal tijdens de verandertraining, twee keer georganiseerd door VIPP 5. De deelnemers kregen concrete handvatten aangereikt waarmee ze de stadia van gedrag in een verandering kunnen begrijpen en invloed kunnen uitoefenen op gedragsverandering bij medewerkers van een ziekenhuis. De deelnemers maakten kennis met een theoretisch kader, waarna de theorie in de praktijk werd toegepast. Dit gebeurde aan de hand van concrete opdrachtencasussen uit de praktijk. De training, die twee keer plaatsvond, werd door de deelnemers beoordeeld als zeer leerzaam. Een deelnemer zei: “Het is een methode die zeker van waarde kan zijn om in de praktijk te gebruiken.” 

Lees meer over