VIPP: Very Important Patient Participation! 

VIPP

Op 16 december vond vanuit Theater de Lieve Vrouw in Amersfoort het online congres ‘Eenduidig zorginformatie registreren voor hergebruik’ plaats. Met talks over pakken en shirts, over dataregistratie, hergebruik van data, visies en valkuilen. Met steeds in het achterhoofd dat dit alles geen doel op zich is, maar stappen op weg naar betere zorg.

Pakken vs T-shirts

Het congres, georganiseerd door VIPP 5 en Registratie aan de Bron, draaide om een hot item in de zorg: het eenduidig registreren van zorginformatie voor hergebruik. Want goede registratie aan de bron draagt bij aan hergebruik van gegevens en aan een lagere administratielast in het zorgproces. Maar hoe doe je dat, eenduidig registreren? Hoe wordt deze informatie deelbaar? Wat komt er allemaal kijken bij de implementatie? En hoe neem je zorgprofessionals mee in deze cultuurverandering? 

Remko Nienhuis: pakken vs T-shirts

De dag begon met een prikkelende ‘keynote’ van Remko Nienhuis (Melius Health Informatics). Hij maakt onderscheid tussen twee soorten ICT-professionals: de mensen in #pak, en in #shirt. En die twee hebben een heel eigen denkwijze en vocabulaire.  

“De pakken draaien grote programma’s, denken in bijbehorende doelstellingen en werken stap voor stap naar een einddoel toe. Een T-shirt vindt dat overkoepelende programma niet zo belangrijk, die denkt stapsgewijs: we komen er wel. Deze mensen werken graag samen, innoveren graag.” Voor een geslaagd ICT-project heb je deze beide types nodig. Nienhuis roept op om deze twee groepen samen aan oplossingen te laten werken. 

Update je patiëntreis 

Nienhuis vertelt over de modules uit VIPP 5: de eerste draait om het beschikbaar stellen van de informatie uit het EPD aan de PGO. In module 2 komen ook de resultaten van vragenlijsten/e-health-toepassingen of wijzigingsverzoeken in de persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO). Vervolgens moet de patiëntreis verder worden geoptimaliseerd en gedigitaliseerd. “Die patiëntreis kan nooit helemaal digitaal, die is blended. Elk contact met de patiënt is een touchpoint. Kijk welke digitale touchpoints passen in de reis, en bedenk welke functionaliteit het best bij welk touchpoint past. Integreer deze vervolgens in de zorg, en implementeer wachttijd.” Nienhuis noemt als voorbeeld dat een patiënte met overgangsklachten drie maanden op de wachtlijst staat, en dan bij de intake de opdracht krijgt om de komende maanden de klachten bij te houden: dat kan natuurlijk al gebeuren terwijl een patiënt op de wachtlijst staat. 

“Blijf je werkwijze steeds toetsen aan de volgende vragen: draagt de oplossing bij aan de digitale strategie? Is het wenselijk? Is het uitvoerbaar?” Nienhuis signaleert de nodige valkuilen: “Te veel de kant van het pak of T-shirt opgaan: zoek een balans. Digitaal samenwerken heeft heel veel gezichten, en evenveel oplossingen.” Een andere valkuil is dat de workload niet vermindert. “Het gevaarlijke met digitaliseren, is dat je meer gaat doen. Onthoud: VIPP 5 is er ook om zorg van je af te organiseren.” 

De slogan van de dag komt van een deelnemer: die legt VIPP uit als ‘Very Important Patient Participation.’ Die nemen we mee.  

Bijna van de fax af 

Na deze interactieve en prikkelende opener volgen Erik Zwarter (Erasmus MC) en Jacco Weststrate (Curamare). [Vanaf ongeveer 1 uur 49 minuten te zien en te horen.] Zij brengen gegevensuitwisseling in praktijk in de regio Rotterdam. In de regio Zuid-Holland-Zuid wisselen medische instellingen digitaal gegevens uit: met toestemming van maar liefst 98 % van de patiënten hebben verschillende zorgaanbieders inzage in de Basisgegevensset Zorg (BgZ) en correspondentie. Ook is er beelduitwisseling en is de uitvraging geüniformeerd. Ze hebben regionaal een dashboard ontwikkeld, dat bij tien ziekenhuizen operationeel is. Dit alles bespaart de poliklinieken veel tijd.  

Er zijn nog wel wat knelpunten. “Per ziektebeeld is variatie nodig, dus one size fits all bestaat niet. Ook moet er een digitaal adresboek zijn, aangezien dossiers alleen direct naar een persoonlijk e-mailadres toegestuurd kunnen worden,” vertelt Zwarter. “Er gaat nu een hoop meer digitaal dan voorheen. Maar de fax is helaas nog steeds niet helemaal uitgebannen.”   

Even pauze dankzij zibs 

Eenduidige data zijn niet alleen essentieel om informatie te kunnen delen, maar is ook noodzakelijk voor kwaliteitsregistraties en research. In het MUMC+ in Maastricht worden cruciale zibs (zorginformatiebouwstenen) door verpleegkundigen vastgelegd. Hierover vertellen Martine Lipsch en Renaldo Secchi (MUMC+). In Maastricht hebben ze een EPD met veel eigen inrichtingsmogelijkheden, waarin ze steeds meer zibs gestandaardiseerd opslaan. Vroeger werden zibs als bloeddruk en temperatuur handmatig opgenomen, ingevuld en overgetypt. Nu wordt de informatie automatisch naar het EPD verzonden: een tijdwinst van 83 procent. De zibs vormen ook een anonieme datalaag, die geanalyseerd kan worden voor onderzoek en kwaliteitsverbetering. Lipsch: “Dus met één keer data vastleggen, heb je heel veel plezier.”    

Manieren van gegevensuitwisseling testen 

Onder de noemer Landelijke gegevensuitwisseling: Zo willen we dat met VIPP5! vertellen Niek Poppe en Ageeth Wahle (VIPP 5) over een pilot met het Twiin afsprakenstelsel. VIPP 5 draait om uitwisseling van gegevens tussen zorgverlener/instelling en patiënt, én tussen zorginstellingen onderling. Volgens de doelstellingen van VIPP 5 moeten binnenkort van de 28 zibs in de BgZ die worden vastgelegd en uitgewisseld, minimaal drie zonder overtypen overgenomen kunnen worden: allergieën, problemen en diagnoses, en behandelrestricties. Om de verschillende manieren van gegevensuitwisseling te testen start binnenkort een pilot om het Twiin afsprakenstelsel de praktijk te beproeven. 

Het Twiin afsprakenstelsel is een soort blauwdruk voor de uitwisseling van gegevens voor landelijke zorgbrede toepassingen, met als doel de zorg te verbeteren en de registratielast te verminderen, door bestaande zorgnetwerken en voorzieningen in samenhang te verbinden. Hiervoor start eind 2021 een pilot in Noord-Holland. Ageeth Wahle: “Voor deze pilot kiezen we een mix van instellingen om te gaan testen. De leveranciers zijn al aan boord, en binnenkort sluiten we de eerste zorginstelling aan op de testomgeving. Het is pionieren, we beginnen klein. We inventariseren: wat heb je als zorginstelling nodig om landelijk gegevens uit te wisselen?” 

Registreren is profiteren 

Internist-nefroloog Iris Verberk (bestuurslid FMS, CMIO Maasstad ziekenhuis en stuurgroeplid Registratie aan de Bron) belicht het perspectief van de zorgprofessional in ‘Data zijn de stethoscoop van de toekomst’. Data vormen een belangrijke bron voor kwaliteitsverbetering. Daarom wil de FMS dat in 2025 middels registratie aan de bron meer informatie over kwaliteit en doelmatigheid beschikbaar is, met minder administratielast. En het is belangrijk dat innovaties aansluiten bij het praktijkproces. “Voor het leveren van de juiste zorg op de juiste plek is beschikking over juiste gegevens cruciaal. Nu ervaart 80 % van de medisch specialisten problemen met gegevensuitwisseling en vindt dat een gevaar voor patiëntveiligheid.” 

“Medisch specialisten zijn heel erg bereid om te registreren, alleen de manier waarop is lastig. Veel gebeurt in vrije tekst en is dus niet deelbaar, ook omdat het EPD niet altijd aansluit bij het werkproces in de spreekkamer. Als we de BgZ-gegevens op een logische plek in het proces vastleggen, kan die informatie aan de achterkant gestructureerd worden gebruikt voor onder andere onderzoek, kwaliteitsregistratie, AI, PGO. Want: registreren is profiteren. “Data worden in de toekomst belangrijker dan de stethoscoop.”   

Wie pakt de regie?

De dag eindigt met een paneldiscussie tussen Iris Verberk, Renaldo Secchi, Paul Hoogland (VIPP 5-programmaleider NFU) en Erik Zwarter. VIPP 5 blinkt uit in prachtige ambities, maar de praktijk blijkt vaak vol onvermoede complicerende factoren te zitten. Hoogland: “We zien veel verschillende codestelsels, dat maakt het heel lastig. Want LB kan staan voor linkerborst, maar ook voor linkerbovenbeen. Die taal moet uniform. Dat is niet de enige uitdaging. Het doel is zo min mogelijk informatie in de toelichting, maar dat wel alles wat geregistreerd wordt, wordt meegestuurd zodat de arts de context bij de data krijgt.” 

Uniforme registratie is een voorwaarde voor gegevensuitwisseling, daar is iedereen het over eens. Renaldo Secchi benadrukt dat ook rekening moet worden gehouden met zowel de verpleegkundigen als de medisch specialisten. “Het zijn twee beroepsgroepen, en dan is de vraag: wie registreert de zibs en vooral: wie is formeel verantwoordelijk voor de invulling van de zib?” 

De ambitie voor 2030: één communicatiestijl, één codestelsel, en landelijke uitwisseling. Secchi: “Maar laten we vooral niet alles tegelijk willen doen, stapje voor stapje.”  

Kijk hier alle opnames terug.

De presentaties zijn terug te lezen op NVZ Kennisnet (inlog vereist).

Lees meer over