Tweede Kamer wil onderzoek snelle sluis dure geneesmiddelen
De Tweede Kamer verzocht eind september aan de minister om te onderzoeken of patiënten sneller toegang kunnen krijgen tot nieuwe dure geneesmiddelen. Op voortouw van Julian Bushoff (PvdA) wil de Kamer dat de minister bekijkt of geneesmiddelen voorwaardelijk en tegen een lagere prijs toe kunnen worden gelaten. De NVZ is blij dat dit onderzoek er komt. Maar waarom is dit eigenlijk belangrijk voor patiënten en zorgaanbieders?
Patiëntenbelang innovatieve geneesmiddelen
Veel patiënten profiteren van de komst van nieuwe innovatieve geneesmiddelen. Deze middelen kunnen bijdragen aan betere kwaliteit van leven en genezing van ernstige ziekten. De komst van innovatieve geneesmiddelen brengt echter ook uitdagingen met zich mee. Van een deel van de nieuwe medicijnen is het namelijk nog maar de vraag of ze in praktijk effectief en passend zijn voor de patiënt. Bovendien hangt aan nieuwe geneesmiddelen doorgaans een hoog prijskaartje. Meer dan 90% van de kostengroei van dure geneesmiddelen (DGM) wordt veroorzaakt door nieuwe geneesmiddelen.
Probleemstelling: innovatieve middelen pas na één jaar op de markt
Om ervoor te zorgen dat dure geneesmiddelen enigszins betaalbaar voor de patiënt beschikbaar komen, werkt de zorg met een zogenoemde ‘sluis’. Zeer dure geneesmiddelen komen niet in een keer op de markt, maar worden eerst in deze fictieve sluis geplaatst. Het Zorginstituut beoordeelt vervolgens of opname in het pakket wenselijk is, waarna VWS een prijsonderhandeling start. Gedurende de beoordeling en de prijsonderhandeling zijn de nieuwe dure geneesmiddelen geen onderdeel van de basisverzekering en dus niet beschikbaar voor de patiënt. Het duurt gemiddeld langer dan een jaar voordat een dergelijk goedgekeurd middel op de markt komt.
Oplossing: innovatieve middelen onder voorwaarden versneld beschikbaar
Betaalbaarheid en beschikbaarheid staan hier tegenover elkaar: als we deze geneesmiddelen betaalbaar willen houden door goed te onderhandelen, is het geneesmiddel slecht beschikbaar. Maar als we het geneesmiddel beschikbaar willen hebben door snel en kort te onderhandelen, dan is de prijs veel te hoog.
En van die tegenstelling willen we af. Het middel moet zo snel mogelijk voor een goede prijs voor de patiënt beschikbaar komen. Daarnaast is voor een goede waardegedreven onderhandeling veel meer informatie nodig. Die juist bij uitstek gegenereerd wordt in de praktijk. In een realistische populatie en dus met producten die beschikbaar zijn. De oplossingsrichting die de Tweede Kamer hier aandraagt zou kunnen werken. De NVZ is verheugd dat de Kamer met dit moeilijke dilemma aan de slag wil en is erg benieuwd naar het onderzoek van de minister.
Bekijk hier de motie van Julian Bushoff (PvdA)